In tegenstelling met 2014, valt de kwaliteit van de snijmaïs dit jaar tegen. De gemiddelde VEM-waarde van de eerste 5500 snijmaiskuilen uit 2015, die onderzocht zijn door Eurofins Nederland, ligt met 980 VEM onder het vijfjarig gemiddelde van 987 VEM.
Volgens het laboratorium komt dit door de kou en droogte in het voorjaar en de natte periode in het najaar. Ook het zetmeelgehalte is lager dan anders. Zo haalde de maïs dit jaar 362 gram zetmeel tegenover 362 gram over de afgelopen vijf jaar.
De mais is dan ook aanzienlijk minder droog. De oorzaak ligt waarschijnlijk, voor een groot deel, in de groeivertraging die de mais in het voorjaar heeft opgelopen vanwege de kou en droogte. Vervolgens kende september erg natte en slechte weersomstandigheden waardoor de afrijping niet wilde vlotten.
‘Oogstmoment uitstellen geen zin’
Het oogstmoment uitstellen heeft lang niet altijd het gewenste effect gehad. De plant was namelijk vaak al afgestorven terwijl de korrel nog niet geheel gevuld was met zetmeel. „Als de plant volledig afgestorven is, is de vorming van extra zetmeel nihil. Wachten heeft dan nog weinig zin”, zo meldt Eurofins Nederland. „Er zijn veel percelen geweest die dit jaar nooit rijp geworden zijn. Met de omstandigheden van dit jaar worden de verschillen tussen ‘vroege’ en ‘late’ rassen weer goed zichtbaar.”
Ontwikkeling kwaliteit
Ondanks de slechte weersomstandigheden is de kwaliteit van de mais dit jaar nog steeds aanzienlijk beter dan in de jaren voor 2009. Volgens het laboratorium heeft dit te maken met de ontwikkeling van nieuwe snijmaisrassen en heeft dit duidelijk voor een blijvende verbetering in de snijmaiskwaliteit gezorgd.
Bron: melkvee.nl